FCI Ras Standaard
Onderstaand ras standaard is zo letterlijk mogelijk vertaald van de FCI zodat er geen ruimte is om eventuele eigen interpretaties toe te passen op de ras standaard.
FCI Groep 7, sectie 7.4, FCI standaard 120
Algemeen
Het voorkomen van de Ierse Setter is racy (op snelheid gebouwd), elegant met veel adel en een zachte adellijke uitdrukking, goed gebalanceerde verhoudingen. De mahoniebruine lange vacht maakt het geheel af.
Gedrag / temperament: scherp, intelligent, energiek, aanhankelijk en trouw.
Hoofd: lang en slank, en niet grof bij de oren. Snuit en schedel van gelijke lengte en op evenwijdige lijnen.
Schedel: Ovaal (van oor tot oor), met veel hersenruimte en met goed gedefinieerde achterhoofdsknobbel ( occiput ). Opstaande wenkbrauwen.
Stop: goed gedefinieerd.
Neus: De kleur van de neus is donker mahonie, of donker walnoot of zwart, de neusgaten wijd.
Snuit: Matig diep en vrij vierkant aan het uiteinde. Van de stop tot punt van de neus, lang, de lippen niet overhangend.
Kaken/tanden: Kaken van bijna gelijke lengte. Schaargebit.
Ogen: Donker hazelnootbruin of donkerbruin mogen niet te groot zijn.
Oren: Middelmatig groot, fijn van structuur, laag aangezet en ver naar achteren, hangend in een nette plooi dicht bij het hoofd.
Nek: Matig lang, zeer gespierd, niet te dik, licht gebogen, geen neiging tot overmatig keelhuid.
Lichaam: in verhouding tot de grootte van de hond
Borst: diepe borstkas, vrij smal van voren, ribben goed gewelfd, waardoor veel longruimte.
Lendenen: gespierd en licht gewelfd.
Staart: matige lengte, in verhouding tot de grootte van het lichaam, vrij laag aangezet, sterk aan de wortel, taps toelopend naar een fijne punt. laag, sterk bij de wortel, taps toelopend naar een fijne punt. Gelijk gedragen met of onder de rug.
Ledematen voorhand
Schouder: fijn in de punt, diep en goed naar achteren hellend.
Elleboog: vrij en goed naar beneden gelaten, niet naar binnen of naar buiten gedraaid.
Voorbenen: Recht en pezig, goed van bot.
Voorvoeten: Klein, zeer stevig, tenen sterk, gebogen en dicht bij elkaar.
Ledematen achterhand
Algemene uitstraling: breed en krachtig.
Achterbeen: lang en gespierd van heup tot spronggewricht; van spronggewricht tot hiel kort en sterk.
Knie: goed gebogen
Hakken: noch naar binnen, noch naar buiten gedraaid.
Achtervoeten: klein, zeer stevig, tenen sterk, gebogen en dicht bij elkaar
Gangwerk
Vrij vloeiende, drijvende beweging; hoofd hoog. Voorbenen reiken goed voorwaarts maar worden laag gedragen. Achterhand vloeiend met veel kracht. Kruisen of weven van benen onaanvaardbaar.
Vacht
Op het hoofd, de voorkant van de benen en de toppen van de oren, kort en fijn; op andere
lichaamsdelen en benen middelmatig lang, vlak en zo vrij mogelijk van krullen of golven. Bevedering op het bovenste gedeelte van de oren lang en zijdeachtig; op de achterkant van voor- en achterpoten lang en fijn; behoorlijke hoeveelheid haar op de buik, die een franje vormt die kan doorlopen tot de borst en de keel. Voeten goed bevederd tussen de tenen. Staart met franje van matig lang haar, neemt in lengte af naarmate het punt nadert. Allemaal recht bevederd en plat.
Kleur
Rijke kastanjebruine kleur zonder spoor van zwart; wit op borst, keel en tenen; of een kleine ster op het voorhoofd of een smalle streep of gloed op de neus of het gezicht niet te diskwalificeren.
Schofthoogte
De reu: is tussen de 58 en 67 centimeter.
De teef: tussen de 55 en 62 centimeter
Fouten
Elke afwijking van de bovenstaande punten moet worden beschouwd als een fout en de ernst van de fout moet exact in verhouding staan tot de mate en het effect ervan op de gezondheid en het welzijn van de hond.
Diskwalificerende fouten
- Agressieve of overdreven verlegen honden.
- Elke hond die duidelijk fysieke of gedragsafwijkingen vertoont
NB
- Reuen moeten twee ogenschijnlijk normale testikels hebben die volledig ingedaald zijn in het scrotum.
- Alleen functioneel en klinisch gezonde honden, met ras typisch exterieur moeten worden gebruikt voor de fokkerij.